Nieuwe wet sociale verkiezingen: grote veranderingen voor interims

De stemming van de socialeverkiezingswet is doorgaans een verplicht nummer waarbij er nauwelijks iets wordt toegevoegd aan het voorstel van de sociale partners. Maar niet deze keer: zet je courant interims in, dan betekent het pas goedgekeurde wetsvoorstel een aardverschuiving voor het verloop van de sociale verkiezingen. Maar ook de mogelijkheden voor e-voting werden gevoelig uitgebreid. In deze blog lees je meer over de concrete gevolgen van het pas gestemde wetsvoorstel. Dat moet binnenkort wel nog definitief worden goedgekeurd in de plenaire vergadering van het parlement.

Op de valreep – het parlement wordt op 4 april ontbonden – keurde de commissie sociale zaken het wetsvoorstel goed om de wet sociale verkiezingen aan te passen. Zo komt er voor werkgevers eindelijk de broodnodige rechtszekerheid. De kiesprocedure voor de stembusgang in mei 2020 gaat immers al eind dit jaar van start.

1. Bekrachtigd: vervroeging referteperiode

Een eerste belangrijke verandering is de vervroeging van de referteperiode de gewoonlijke gemiddelde tewerkstelling wordt becijferd – met een kwartaal. Door die verschuiving ging de referteperiode al op 1 oktober 2018 van start, maar de wijziging is nu pas officieel in een wet gegoten. Het gaat om een verschuiving van de referteperiode van zowel werknemers in vast dienstverband als uitzendkrachten. Concreet: al je interims in het tweede kwartaal van 2019 tellen mee in je tewerkstellingscijfers.

2. Dé verrassing: uitgebreid stemrecht interimkrachten

Alle uitzendkrachten die in de periode die loopt van 6 maanden voorafgaand aan de maand waarin dag X (90 dagen voor de verkiezingsdag) valt tot dag X minstens 3 maanden of 65 dagen in je organisatie aan de slag zijn, hebben voortaan volwaardig stemrecht in jouw bedrijf in plaats van bij hun uitzendkantoor. Al zijn er wel enkele mechanismen die deze regel wat nuanceren. Zo kunnen uitzendkrachten onder bepaalde omstandigheden toch geschrapt worden tijdens de zogeheten ‘nettoyage’.

 

Teruggerekend vanaf 11 mei 2020, de eerst mogelijke verkiezingsdatum, betekent dit dat de referteperiode al op 1 augustus 2019 kan starten. Elke interim die tussen die datum en de verkiezingsdag minstens 3 maanden of 65 dagen in je bedrijf werkte, heeft stemrecht. Vanaf augustus 2019 nauwgezet bijhouden welke uitzendkracht hoelang heeft gewerkt, is dus de boodschap. Alleen zo kun je immers correcte kiezerslijsten samenstellen op dag X.

Maak je veelvuldig gebruik van uitzendkrachten, dan zullen die extra kiezers hoe dan ook een impact hebben op de organisatie van de stembusgang. Misschien heb je wel meer stembureaus nodig of is een switch naar elektronisch stemmen het overwegen waard.

3. E-voting: modernisering van de spelregels

Voortaan mogen medewerkers elektronisch hun stem uitbrengen vanop hun werkplek of via een kiosk in de onderneming. Deze langverwachte modernisering kan enkel toegejuicht worden en biedt heel wat mogelijkheden voor een vlottere stembusgang. Voor e-voting vanop de werkplek of een computer verbonden met het bedrijfsnetwerk is wel een akkoord vereist van de ondernemingsraad, het comité of – bij afwezigheid van deze overlegorganen – de vakbondsafvaardiging. In dat akkoord leg je samen met de werknemersafgevaardiging ook de afspraken vast over hoe je het geheim van de stemming zult garanderen en beïnvloeding vermijden.

Vanuit SD Worx blijven we in elk geval de nieuwe wet sociale verkiezingen analyseren. Zodra de teksten definitief goedgekeurd worden door het voltallige parlement, brengen we je op de hoogte. En het spreekt voor zich dat we onze softwaretools aan de nieuwe realiteit aanpassen. De komende weken en maanden kun je bij ons terecht voor updates, inzichten en concrete antwoorden op je vragen. En samen met onze partners – de Scandinavische referentie in e-voting Assembly Voting en de Belgische e-votingpionier Elegio  – staan we paraat om zoveel mogelijk werknemers elektronisch te laten stemmen in 2020.