Hoofdlijnen van het ‘Terug naar Werk’-plan:
- 1e focuspunt is begeleiding van arbeidsongeschikten. Studies tonen aan dat het belangrijk is om als zieke zo snel mogelijk te starten met het ‘werken aan werk’. Dit verhoogt aanzienlijk de kans op een menselijke en waardevolle re-integratie op het werk. Het opzetten van een begeleidingstraject staat centraal. Wie 10 weken arbeidsongeschikt is, ontvangt een vragenlijst die binnen de 2 weken beantwoord moet worden. De arbeidsongeschikte medewerker maakt hierbij zelf een inschatting van zijn/haar situatie en mogelijkheden tot werkhervatting. Tijdens contactmomenten met de adviserende arts van de mutualiteit en de ‘Terug naar Werk’ (TNW)-coördinator wordt dan bekeken welke concrete ondersteuning nodig is voor een aangepaste tewerkstelling.
- 2e focuspunt is responsabilisering. Deze is zowel gericht op de arbeidsongeschikte medewerker als op de werkgever. In een latere fase zal er ook van mutualiteiten, artsen en regio’s een concreet engagement gevraagd worden. Op die manier krijgt elke betrokken partij een rol in het TNW-beleid.
- Responsabilisering arbeidsongeschikte werknemer: van arbeidsongeschikten wordt gevraagd dat zij engagement tonen en de kansen aangrijpen die passend zijn bij hun mogelijkheden. Wie weigert in te gaan op uitnodigingen voor een contactmoment met de adviserende arts van de mutualiteit of de TNW-coördinator, wordt 2,5% van de ziekte-uitkering ingehouden.
- Responsabilisering werkgever: ondernemingen met een meer dan gemiddeld aantal afwezigheden wegens ziekte betalen een specifieke RSZ-werkgeversbijdrage van 2,5% op jaarbasis; ondernemingen die zich in de risicozone bevinden (= de cijfers rond afwezigheden neigen naar een overschrijding van het gemiddelde) zullen hiervan schriftelijk op de hoogte gebracht worden door de RSZ.
- Naast begeleiding en responsabilisering voorziet het plan ook in enkele andere nieuwigheden: de afschaffing van het ziektebriefje bij een korte afwezigheid van maximaal 1 dag, en dit tot 3x per jaar per medewerker. Daarnaast staan ook de versoepeling van de spelregels rond arbeidsduur bij progressieve werkhervatting en een arbeidsparticipatietoeslag voor werknemers die om medische redenen minder gaan werken, op de planning.
Eenmaal definitief goedgekeurd, treedt het plan in werking op 1 januari 2023, maar zover zijn we voorlopig nog niet.