Een op zeven werknemers op tijdelijke werkloosheid
Dagen tijdelijke werkloosheid zijn verdubbeld maar (voorlopig) beperkt tot een kwart van het dieptepunt van de Covid-19 crisis (eerste golf)
11 december 2020
In november krijgt één op de zeven werknemers (14%) in de privé te maken met tijdelijke werkloosheid (t.o.v. bijna het drievoud in april nl. 36%) Het aantal werknemers dat in november minstens een dag op tijdelijke werkloosheid staat, is ongeveer een derde van het aantal in april. De tijdelijke werkloosheid is in november gestegen tot 5,29% van het theoretisch te werken dagen; dat is een verdubbeling t.o.v. oktober, maar een vierde van het dieptepunt van de crisis in april toen meer dan 20% (21,82%) van dagen naar tijdelijke werkloosheid gingen. Arbeiders zijn het zwaarst getroffen (7,13%), al stijgt het bij bedienden nu naar 4,51%. Dit berekende HR-specialist SD Worx op basis van de meest recente loongegevens van 70.000 werkgevers en bijna 1 miljoen Belgische werknemers in de privésector.
SD Worx bekijkt met de ‘SD Worx Employment Tracker’ sinds maart hoe het percentage ‘gewerkte dagen’ maar ook ziekteverzuim en opname van vakantiedagen evolueren van maand tot maand.
Tijdelijke werkloosheid verdubbelt in november
De verplichte sluiting van de niet-essentiële winkels en contactberoepen als kappers kondigt opnieuw een neerwaartse trend in tewerkstelling aan. Het gemiddeld percentage gewerkte dagen zakt van 80% naar 70% (waarmee we 7% onder het niveau van november 2019 blijven), met een gelijke evolutie in de drie gewesten.
De tijdelijke steunmaatregel ‘tijdelijke werkloosheid door corona’ stijgt naar 5,29% van de 100 te werken dagen (terwijl dit in oktober op de helft ligt, nl. 2,66%). Arbeiders blijven het meest getroffen: tijdelijke werkloosheid stijgt in november van 4,56% naar 7,13%; de tijdelijke werkloosheid van bedienden stijgt van 1,78% naar 4,51% of maal een factor 2,5.
Jean-Luc Vannieuwenhuyse van het kenniscentrum bij SD Worx : “Het aandeel tijdelijke werkloosheid is in november gestegen en ligt op een kwart van het niveau in april: veel bedrijven hebben zich in de tweede golf anders georganiseerd; ze zijn inventief omgegaan met aanbod of verkoopkanalen; Ze hebben geïnvesteerd in veiligheid en kunnen zo meer mensen aan het werk houden. Maar er is geen reden tot hoerageroep. We merken een daling van het % gewerkte dagen in quasi alle sectoren. De grootste stijging van tijdelijke werkloosheid – corona situeert zich bij verkoop functies in niet-essentiële winkels en de kappers en schoonheidszorgen. Ook de horeca blijft in de top 10.”
De maand startte met een schoolvakantie waardoor het aandeel vakantie op 10,3% komt. Het (kortdurend) ziekteverzuim blijft beperkt tot 2,33% (dat is 15% lager dan vorig jaar).
Sectorverschillen
In de top 10 van de sectoren met het hoogste aandeel tijdelijke werkloosheid zien we naast de kappers en schoonheidszorgen en de horeca ook sectoren met verkoop functies in winkels die verplicht werden gesloten: grote kleinhandelszaken, zelfstandige kleinhandel en de non-food warenhuizen. Dit zijn de sectoren die in de top 10 van sterkste stijgers staan, net als de sector van de podiumkunsten met meer dan 25% tijdelijke werkloosheid op het totaal aantal dagen. Ook de luchtvaarsector blijft één van de sectoren met de meeste tijdelijke werkloosheid met bijna 30% van alle dagen.