De evolutie van de brutolonen geeft een goede indicatie van de evolutie van de loonkost bij werkgevers over een periode van twee jaar.
Tom Permanne, sectorspecialist bouw van SD Worx: “Voor 2022 weten de werkgevers deels al waar ze aan toe zijn en dat is niet min: plus 3,58% voor de bedienden, plus 3,95% voor elektriciens en alvast plus 1,4% voor arbeiders in het eerste kwartaal. Dit komt bovenop de stijgingen van de laatste twee jaar van 3,51% (in vergelijking met 2019). De gemiddelde stijging ligt hoger dan de indexaties van de laatste twee jaar. Dit duidt erop dat werkgevers door de schaarste boven barema betalen. De lonen in de bouw liggen minstens 10% hoger dan gemiddeld.”
Het bruto maandloon varieert sterk naargelang de specifieke functie, vaardigheden, de regio en de leeftijd. Het gemiddelde maandloon houdt geen rekening met deze verschillen.
Het gemiddelde brutoloon van een bediende in de bouw steeg in 2020 met 2,90% (tot € 3999). De indexatie van de PC 200 bleef de voorbije twee jaren beperkt met 0,80% in 2020 en 0,95% in 2021 (evolutie 10 jaar), maar we zien elk jaar toch een duidelijke stijging. PC 200 indexeert elk jaar één keer in januari. SD Worx ziet het gemiddelde brutoloon voor voltijdse tewerkstelling stijgen met 1,3% tot gemiddeld 4051 €. In vergelijking met 2019, gaat het bij de bedienden om een stijging van 4,20%.
In de bouwsector zijn ongeveer 50.000 bedienden tewerkgesteld .
* In december 21 paste de sector ook de maximale loonnorm van 0,4% toe.
In de bouwsector zijn bijna 150.000 arbeiders tewerkgesteld. Bovendien zijn er drie keer zoveel arbeiders dan bedienden werkzaam. In de PC 149.01 gaat het om bijna 25.000 werknemers in totaal.
Voor de groep arbeiders steeg het gemiddelde maandelijkse brutoloon 1,08% t.o.v. het brutoloon van 2020. In 2021 bedroeg dit gemiddeld 2887 euro per maand. Het jaar ervoor was dit 1,60%. Bij arbeiders van PC 124 gaat om een driemaandelijkse aanpassing van de lonen, overeenkomstig de afgevlakte gezondheidsindex. Bij de elektriciens van PC 149.01 gebeurt de indexatie jaarlijks in januari.
Bij de arbeiders is de stijging op twee jaar tijd2,68% (periode 2020-2021).
* Negatieve indexen in januari 2020 en januari 2021 en april 2021 : deze werden niet toegepast maar verrekend bij de volgende indexaanpassing
Net zoals tal van andere sectoren kent de bouwsector een hoge index in januari 22.
Voor Eric De Winter van Sanitair De Winter uit Kapellen zijn de uitdagingen heel concreet: ”Het zijn niet alleen de loonkosten die sterk stijgen, maar ook de materiaalkosten van bv. radiatoren. Deze onvoorspelbaarheid maakt het erg moeilijk om offertes te maken die niet verlieslatend zijn. Ik probeer mijn mensen boven barema te betalen, maar ik ben al mensen kwijtgeraakt aan de petrochemie in de haven omwille van hogere lonen. Als ik zie wat mijn loonkosten zijn, zou ik graag hebben dat mijn mensen netto meer overhouden. Ze krijgen ook maaltijdcheques en ecocheques. Het is fysiek soms zwaar; ze zijn erg flexibel en ze werken soms in vriestemperaturen of extreme hitte. Het is bovendien heel erg moeilijk om nieuwe vakmensen te vinden. We hebben veel werk: vandaag hebben we openstaande vacatures voor een technieker en twee loodgieters. We bieden vast werk in een kleine kmo waar een langdurige relatie voorop staat. Daarom geloof ik sterk in vaste tewerkstelling; interim vind ik duurder en het is moeilijk een band op te bouwen op lange termijn. Ook onze particuliere klanten vinden het fijn als ze bekende gezichten terugzien voor hun jaarlijks onderhoud of voor interventies.”
Nathalie Van Look, mede-zaakvoerder van schildersbedrijf Siloc, die met meer dan 40 schilders grote schilderprojecten uitvoert in de driehoek Leuven, Brussel en Antwerpen: ”We werken al jaren met een vaste ploeg medewerkers en willen hun heel correct betalen. De stijgende loon- en materiaalkosten zijn wel een probleem in ons segment. Vaak doen wij grote werken met oppervlaktes van 5.000m² tot 70.000m² waardoor de prijs de doorslaggevende factor is. Geen sprake van dat we deze stijging doorrekenen naar onze klanten. Het enige dat we kunnen doen, is proberen onderhandelen over de materiaalkosten. We verbruiken immers tonnen verf. Wij merken ook dat we nieuwbouwwerken trager worden opgestart en mensen veel later beslissen dan vroeger. Er is zeker een impact op de bouwindustrie.”
De cijfers zijn gebaseerd op de laatste loonsgegevens van SD Worx, de grootste loonberekenaar van België. De resultaten zijn bijzonder betrouwbaar door de omvang van de steekproef en de databron: ze zijn gebaseerd op werkelijke gegevens van de loonadministratie. De waarden zijn niet gewogen proporties, maar het onderzoek is representatief op vlak van basisparameters zoals sector (NACE), geslacht, leeftijd, regio, bedrijfsgrootte. We onderzoeken de structurele tewerkstelling: dit houdt in dat tijdelijke tewerkstelling, zoals interim- en studentenjobs, niet in het onderzoek zijn opgenomen. We werken met een steekproef van dezelfde werkgevers met tewerkstelling sinds eind 2018 en volgen hun salarisevolutie gedurende de laatste 2 jaar. Uiteindelijk gaat het in de bouw om meer dan 1700 bedrijven met meer dan 35.000 werknemers. Dankzij deze panel-methodologie is SD Worx in staat de veranderingen in de tijd te volgen, zonder dat dit te maken heeft met in-of uitstroom van andere werkgevers. De statistische analyse formuleert inzichten op groepsniveau en zijn in lijn met de toepasselijke wetgeving, zoals de Algemene Verordening Gegevensbescherming. We focussen op de tewerkstelling bij bestaande werkgevers.